famke

Studenten Famke en Daphne moeten plaatsmaken voor Oekraïense vluchtelingen: “Opvang is logisch, maar dit is zuur en onbegrijpelijk”

Ze zijn boos, Saxion-studente Famke Wevers (21) en Windesheim-studente Daphne Aaftink (20). Zij moeten hun antikraakwoning binnen een maand verlaten voor Oekraïense vluchtelingen, zo kregen ze te horen. De twee huren antikraak bij leegstandsbeheerder Ad Hoc aan de Wilderinkstraat in Hengelo. “Natuurlijk moeten we vluchtelingen opvangen, maar het is zuur en eigenlijk onbegrijpelijk dat wij plaats moeten maken.”

De twee vriendinnen waren dolblij toen ze anderhalve maand geleden de sleutel van hun antikraakwoning in een sloopwijk kregen. Een studentenkamer of woning vinden op de normale markt, dat was in deze tijden nauwelijks te doen. Dus dat eigen stulpje aan de Wilderinkstraat was een enorme uitkomst, al was het dan tijdelijk.

En natuurlijk waren ze bekend met de voorwaarden van antikraakwonen, zeggen ze er gelijk bij. Een relatief lage huur bijvoorbeeld, maar ook nauwelijks zekerheid. De verhuurder heeft te allen tijde de mogelijkheid om het contract op te zeggen, 28 dagen later sta je dan op straat.

Beloftes werden dan ook niet gedaan door Ad Hoc, dat de woningen beheert voor corporatie Welbions. “Maar de indruk werd gewekt dat we hier tot november konden wonen”, zegt Famke, eerstejaars Civiele Techniek. “Dan zouden de woningen gesloopt worden.”

Eén van de tweehonderd

Nu moeten ze er binnen een maand uit, om plaats te maken voor Oekraïense vluchtelingen. En nee, ze hebben niets tegen de vluchtelingen en ja, ze vinden ook dat Nederland ruimhartig moet zijn in de opvang. Maar het is moeilijk te verkroppen dat zij plaats moeten maken, alleen omdat ze antikraak huren. “Wij wonen hier omdat we niets anders konden vinden”, zegt Famke. “En ja, we hebben een adres ingevuld waarop we kunnen terugvallen. Dat is bij onze ouders. Maar wij zijn natuurlijk niet voor niets op onszelf gegaan. Terug naar huis is precies niet de bedoeling.”

De studentes zijn voorzichtig in hun bewoordingen. Natuurlijk is hun leed onvergelijkbaar met dat van de Oekraïense vluchtelingen. Maar voor Famke en Daphne is het moeilijk te verkroppen dat ze anderhalve maand na het intrekken in de woning, de opzegging hebben liggen.

Ze sloten bijvoorbeeld al contracten af voor energie en voor internet. Zeker energie legden ze vast, omdat flexibele tarieven de pan uit zouden rijzen. Ze deden navraag of de contracten op te zeggen zouden zijn, maar kregen nul op het rekest.

Werk aan de woning deden ze ook; ze schilderden een aantal muren, kochten bij de kringloop essentiële dingen als een koelkast en een gastoestel. Daar ging zo’n 200 euro in zitten. Ze snoeiden een eerste knotwilg in de tuin. De andere, die laten ze zitten. Wat ze moeten doen met de rest van de vier keer vijf liter muurverf? “Geen idee.”

famke

Famke (links) en Daphne (rechts) voor de antikraakwoning. "We voelen ons tweederangs"

‘Niet jouw woning’

Over de communicatie zijn ze niet tevreden. Ze hoorden van een buurvrouw – die eerder geïnformeerd werd - dat ze uit de woning moeten, pas een dag later kregen ze een officiële brief. Famke ging naar een spreekuur van de corporatie, waar ze naar eigen zeggen te horen kregen ‘dat het haar woning niet is’. “Daardoor voel je je tweederangs”, zegt ze. “Ik vind dat ook wij als studenten aandacht verdienen.”

Woningcorporatie Welbions laat bij monde van communicatiemedewerker Nicole Zandhuis weten dat ze het vervelend vindt voor de studenten. “Het is uiteindelijk de gemeente die dit coördineert”, zegt ze. Welbions wees op de nog een andere optie: het voormalige Stadskantoor aan de Hazenweg. “Die keus is niet gemaakt.”

De directeur van Ad Hoc Leegstandsbeheer was vrijdag tegen dagblad Tubantia uitgesproken over het antikrakers die plaats moeten maken. Claudia Duinisveld is geen voorstander van ‘een mens voor een mens ruilen’. De bewoner van antikraakwoningen zitten er niet voor niets, zegt ze. Regiomanager Mark Leenders laat weten dat er dertig woningen zijn opgezegd en dat z’n vijftig antikrakers uit het huis moeten. Hij noemt het zuur voor deze bewoners en zegt dat Ad Hoc niet blij is met de beslissing. “Wij kijken wat we kunnen doen voor de bewoners, maar we hebben eigenlijk geen alternatief.”

rik

Rik Visschedijk