Saxion-studenten werken aan één van de meest bizarre militaire cold cases ooit. In 1980 verdwijnt soldaat Gerard Pelzer (19) spoorloos van een legerbasis, als in rook opgegaan. De studenten krijgen na bijna een halve eeuw nog een dna-profiel boven water van Pelzer. “Een mirakel. Dit kan iets forceren’’, aldus onderzoeksleider Kurt Wertelaers. En: “Saxion-studenten zijn goud waard en kunnen dingen die wij niet kunnen.''
Saxion-studenten staan in deze zaak het bekende cold case Bureau van Meerbeeck bij, een Belgisch 'cold-case-collectief' van onderzoeksjournalisten, researchers en digitale analisten. Vaak op verzoek van nabestaanden en achterblijvers duiken zij voor een allerlaatste keer in een onopgehelderde moord of verdwijningszaak.
Zoals deze. Hij was even oud als de Saxion-studenten die nu naar hem zoeken toen-ie verdween: Gerard Pelzer. “Waar die studenten die mij helpen overzichtelijk opgroeiden, had Gerard een wat complexe verdrietige situatie’’, schetst coldcase-onderzoeker Kurt Wertelaers, de Belg die Saxion-studenten inhuurde.
Pelzer wordt geboren in het Nederlandse Lottum. “Zijn vader stierf, tragisch, nog voor Gerards geboorte een natuurlijk dood. Het gezin Pelzer ging daarop in België wonen, waar moeder een nieuwe relatie kreeg. Weer later zouden ze terugkeren naar Nederland.''
Als kind heeft Pelzer één rotsvaste droom: militair worden. Dat lukt. Hij mag als 19-jarige zelfs op een NATO-basis werken, waar raketten liggen opgeslagen. Vanaf die basis, in het Duitse Kaster, schrijft hij liefdevolle brieven naar zijn moeder en zus die inmiddels in Venlo wonen.
In mei 1980 belooft hij thuis te komen voor moederdag. Een cadeautje bij zijn kazernebed getuigt van dat voornemen. Het cadeau bereikt moeder alleen nooit, Gerard komt die moederdag niet opdagen. Ergens tussen Kaster en Venlo gaat hij ogenschijnlijk in rook op.

Soldaat Gerard Pelzer. Foto: Cold Case Bureau van Meerbeeck
De politie deed nooit grondig onderzoek naar zijn zaak. “Het ging om een Belgisch-Nederlandse militair in Duitsland. Geen land nam regie in politieonderzoek.” Sterker, eerst werd Pelzer bij afwezigheid verdacht als deserteur, als militair dienstweigeraar gezien. “En ander onderzoek volgde niet.’’
Maar Gerards zus, stelt zich sindsdien al 44 jaar lang dezelfde vraag: waar is Gerard? Wertelaers: “Dat trof mij. Ons bureau pakt cold cases op waar de politie niet aan toe komt. Ik ben van origine journalist en kan scenario's uitdiepen. Maar de Saxion-studenten Forensisch Onderzoek kunnen recherche-achtig onderzoek doen, zoals dna-onderzoek.”
Jaloersmakend noemt hij dat. En belangrijk: “Gerards zus had nog handschoenen van Gerard en Gerards brieven. Dat werd een doorbraak in ons cold-case scenario-onderzoek.”
Vier scenario’s
Samen komen ze eerst tot vier scenario's in wat Gerard zou zijn overkomen. “Ik som ze op, maar niet in volgorde van belangrijkheid.”
Eén: Pelzer was suïcidaal. “Hij pleegde zelfmoord en zijn lichaam is nooit gevonden. Er zijn redenen denkbaar. Hij had een onbeantwoorde liefde, las je in brieven.”
Scenario twee: “In de Koude Oorlog waren bij de basis veel spionage-mogendheden voor de Russen. In de horeca buiten de basis werden militairen zelfs benaderd door vrouwen die spionagewerk deden. Wellicht verwikkelde Gerard in een duister spionageverhaal.”
Drie: “Om welke reden ook vluchtte hij, om ergens op de wereld met een andere identiteit een nieuw bestaan te starten. Wellicht leeft hij in dat geval nog.”
Vier: “Hij kwam om bij een ongeval op de basis en omstanders maakten zijn lichaam zoek.’’
Wertelaers wil met studenten de scenario’s uitsluiten en er één bevestigd krijgen. “Zodat we antwoorden voor Gerards zus hebben en wellicht hem vinden. Maar voor een doorbraak was Gerards dna van groot belang, dat leek verdwenen.’’
Met dna is Pelzer wellicht te koppelen aan een naamloze dode, een dode ooit zonder identiteit begraven. “Daar zijn er in België, Duitsland en Nederland bijna 2.500 van.’’ Of… “Hij valt wellicht via internationale dna-banken aan een eventuele nieuwe identiteit te koppelen. Het fantastische is: de Saxion-studenten wisten jaren na dato een profiel te krijgen.’’
Student Jarne Essink droeg eraan bij. “We onderzochten een postzegel, waarvan we dachten dat Gerards dna er nog op aanwezig zou kunnen zijn.’’
En dat lukt. Student Liesanne Bos: “Uiteindelijk konden we inderdaad zo een profiel opstellen. Het Nederlands Forensisch Instituut moet nu zo’n profielschets overdoen om Pelzer in officiële dna-banken te mogen stoppen.’’
Coldcase-leider Kurt Wertelaers: “Of dat gebeurt loopt nog.'' Maar Gerards dna lijkt er mogelijk en wonderwel nog te zijn. ,,De studenten vonden dna op de postzegel... en ze vonden eveneens sporen van DNA op de handschoen... Het is van een man, dus de aanname dat het gaat om Gerards dna is logisch, al moet dat nog verder onderzocht worden.'' ,,Wie weet koppelen we dat nu aan een naamloze dode of aan een nieuwe identiteit − of nazaten daarvan − aan de andere kant van de wereld. Ook dat laatste kan ik niet uitsluiten. Er zijn voorbeelden in de mensheid waarin zoiets het waargebeurde verhaal was.’’
Gerelateerde artikelen
Column: Lerend vermogen
Ik had voor deze maand eigenlijk een luchtige column geschreven, over grappige lobbyvoorstellen die Saxion zou kunnen doen in aanloop naar de verkiezingen. Dat had een aantal redenen: er is in deze tijd al genoeg om somber over te zijn, bovendien blijken luchtige columns een goede manier om prijzen te winnen.
Anouk Rösken in Opgevallen: “Studenten mogen mij altijd appen, zo van: hey yo, ik loop hier tegenaan”
In deze aflevering van Opgevallen: Anouk Rösken (35), docente aan de opleiding Toegepaste Psychologie. Als voormalig jeugdhulpverlener kwam ze tien jaar lang ‘echt van alles’ tegen, dus schrikt ze niet zo snel van de kwetsbaarheden en problemen van studenten. Integendeel. “Sommige studenten maken echt een diepe indruk op me. Ik leer van hen en zij van mij.”
Saxion wil gebouwen ‘slimmer’ indelen, onderzoekt bezuiniging door afstoten of verhuren ruimtes
Saxion onderzoekt een herindeling van haar gebouwen. Door opleidingen en lectoraten die bij elkaar passen te clusteren ontstaat meer levendigheid én kwaliteit, is de gedachte. Bovendien kunnen de ruimtes dan ‘efficiënter’ gebruikt worden. Om extra geld te besparen wordt gekeken naar het afstoten of verhuren van vierkante meters die nu door Saxion in gebruik zijn.