Handyman9.JPG

Op pad met de handyman, of eigenlijk: een verhaal over Wathiq

Eigenlijk zou dit een verhaal worden over de ‘handyman’. Een nieuwe functie binnen de schoonmaak op Saxion, sinds er een nieuw schoonmaakbedrijf is. Een menselijk duizend-dingen-doekje bijna, voor als er koffie gemorst wordt, de zeep op is, of bij andere vieze calamiteiten waarbij snel soelaas nodig is. Maar na een half uur meelopen met Wathiq Sako bekruipt me al het gevoel dat dit verhaal over Wathiq moet gaan, en veel minder over zijn nieuwe functie.

Niet alleen omdat Wathiq (62) al snel vertelt dat er - ondanks de veranderde schoonmaakaanpak op Saxion - voor hem qua werkwijze weinig is veranderd. “Ik deed dit altijd al. Alleen was ik eerst voorman, nu heet ik handyman.”

Maar vooral omdat Wathiq niet alleen handyman is, hij blijkt vooral mens, een mens met een bijzonder verhaal. Dat verhaal gaat bijvoorbeeld over Baghdad, de stad die hij ooit verliet, waar hij nog steeds van houdt, maar die hij desondanks nooit meer hoeft terug te zien. “Wat moet ik daar nog? Een vriend vertelde me: jij gaat huilen, als je ziet wat er nu van de stad geworden is.”

Over de dromen die hij achterliet. Of over zijn studie, of zijn werk destijds, als chauffeur in de beveiliging, of zijn tijd als eigenaar van een slijterij in diezelfde stad, een baan die eigenlijk niet vol te houden was. “Of ik had moeten betalen, maar dat wilde ik niet.”

Hij vertelt het allemaal in zijn kantoortje op de begane grond van het Ko Wierenga-gebouw, al hoestend en proestend, met ogen die tranen van de verkoudheid. “Ik voel me al twaalf dagen slecht, maar ik wil me niet ziek melden. In 6,5 jaar heb ik me nog nooit ziek hoeven melden, maar misschien moet ik er morgen toch aan geloven. Vandaag niet, want ik wist dat jij kwam”, zegt hij.

Iedereen kent Wathiq, zegt hij. “En ik kan met iedereen goed. Met de huismeesters, SaxEvents, noem maar op. Ik krijg nooit klachten.” Hij is trots op zijn werk. Dat is ook de reden dat hij het leuk vindt dat ik vandaag met hem meeloop. “Ik vind het belangrijk dat iemand ziet wat ik doe. Voor mij is het allerbelangrijkste dat de klant tevreden is.”

Handyman8_1.JPG

Foto's: Bas Klaassen

Geen tijd om op hoofd te krabben

Daarom zal dit dit verhaal ook niet alleen over Wathiq gaan, maar net zo goed over zijn werkdag. Dat ben ik Wathiq verplicht. En werk is er genoeg, al is het vandaag een vrij rustige dag. “Maar er zijn ook dagen bij dat ik zelfs geen tijd heb om op mijn hoofd te krabben.”

De schoonmaakmeldingen komen binnen op zijn iPad in Planon, zoals het programma heet waar hij mee werkt. Zo moet de vloer van het metaallokaal geschrobd worden, een klus die hij nu uitbesteed aan een van de ‘dagkrachten’ waar hij mee werkt, ook omdat ik er ben. Wel gaan we het werk controleren en de vloer blinkt, waar dat kan. “Maar op sommige plekken waar gelast wordt is het ingebrand, dat krijg je nooit meer weg.”

Ook helpt Wathiq meerdere cursisten op weg die de basisopleiding Schoonmaak volgen op Saxion. Hij is aanspreekpunt, dus helpt hij ze niet alleen het lokaal vinden, hij leent ze net zo goed zijn koffiepas uit, en zorgt dat ze spullen hebben om schoon te maken. Zoals misschien wel de laatste vaste telefoon die nog op Saxion in Enschede te vinden is. “Die heb ik veilig gesteld, zodat ze ook kunnen leren hoe je die moet schoonmaken.”

Handyman1.JPG

Studentenwoningen

Even daarna vertrekken we in de auto naar een van de studentenwoningen van Saxion aan de Roelof van Schevenstraat. Die moeten helemaal schoongemaakt worden, zodat er binnenkort weer nieuwe studenten kunnen wonen. Terwijl we glibberen over de spekgladde straten van Twekkelerveld, vertelt Wathiq meer over zijn leven.

Hoe hij als christen uit Irak vluchtte, net als eigenlijk zijn hele familie. Hoe hij en zijn vrouw allebei keihard werken, eerst als vrijwilliger, toen hij nog geen verblijfsvergunning had, en inmiddels als Nederlands staatsburger. Soms met meerdere banen tegelijkertijd, zoals toen hij in 2009 zijn huis kocht. “Dan werkte ik eerst in de schoonmaak vanaf 6.00 uur, en reed ik daarna door naar Gronau, waar ik werkte als koerier. Hard werken, maar heel leuk werk.”

Handyman12.JPG

Schrobben

Eenmaal weer op Saxion is het na de lunch tijd om de schrobmachine erbij te pakken. De hele hal van het Ko Wierenga-gebouw kleurt inmiddels wit van het binnengelopen strooizout. Dus boent Wathiq op de schrobber het zout weg. Af en toe stapt hij even af om kauwgom te verwijderen (‘ze hebben geen tijd voor een prullenbak’), maar verder draait hij onverdroten rondjes tot de vloer er weer een stuk beter uitziet, in de wetenschap dat hij de volgende dag waarschijnlijk opnieuw kan beginnen.

Terwijl ik Wathiq volg door Saxion, kom ik op plekken die ik nog nooit zag, via routes waarvan ik het bestaan niet durfde te vermoeden. De doolhof die het Ko Wierenga voor mij is, is voor hem even overzichtelijk als een lege broekzak. “Gewoon een week met mij meelopen, dan ken je alles.”

Hij vertelt hoe hij en zijn vrouw altijd eerst zorgden dat hun kinderen te eten hadden, ook toen hij in Nederland aankwam met niks meer dan 200 dollar op zak. En hij vertelt me meer over zijn kinderen, drie stuks,  veel, vaak en trots.

Handyman15.JPG

Studeren

Een van zijn zoons studeerde op Saxion, haalde daarna nog een masterdiploma op de UT, en werkt nu als ingenieur. Een andere studeert nu Tourism Management op Saxion. Zijn dochter heeft ook een goede baan, vertelt Wathiq, ze werkt bij het UWV.

Hij vertelt over de pizzeria, die hij eigenlijk in Nederland had willen beginnen. Een grote wens. Met zijn kinderen bij hem in de zaak. Met gelijk daarna de reden dat hij dat niet deed: dat zijn kinderen dan waarschijnlijk niet zouden hebben gestudeerd. “Kijk naar mij en jullie moeder, zeg ik tegen ze, hoe hard wij werken.”

Over politiek praten wil hij niet, niet over de Irakese, en ook niet over de Nederlandse. “Maar dit land heeft me wel veel gegeven. Ik werk hard, we zijn veilig, en mijn kinderen hebben kunnen studeren.”

Bas3

Bas Klaassen