kunst falen

De kunst van falen: “Stralend falen, blij blunderen en vrolijk verliezen”

‘Weg met het streven naar louter succes’, staat dinsdagmiddag met dikgedrukte letters op het scherm in de theaterzaal op Saxion in Deventer. Met die quote is het onderwerp van het evenement van Studium Generale meteen duidelijk: falen. Met een aantal verschillende gastsprekers wordt het onderwerp uitgepluisd. Van een faal-CV, faalmoed tot falen als entertainment, falen is het nieuwe winnen.

Het publiek, een combinatie van studenten, medewerkers en mensen thuis via de live-stream, wordt welkom geheten door faaldenker Frank Kupper van het Instituut voor Faalkunde. Volgens hem gaan we vanmiddag ‘ontkrampen’. Het blijkt al snel dat publieksparticipatie belangrijk is bij het eerste onderdeel, namelijk faalfitness. Iedereen moet staan, ook de mensen thuis. Kupper: “Roep ik ja, roepen jullie nee! Zeg ik staan, gaan jullie zitten.” Zo volgden er een reeks ja-en, nee-en en squats.

De eerste spreker, filosoof Stine Jensen, neemt ons mee in de theorie. Wat is falen nou eigenlijk? En waarom is falen een trend? Afgaan, dwalen of floppen: allemaal synoniemen voor falen. Ze introduceert zichzelf met haar ‘faal-CV’. Hierop staan alleen maar mislukkingen: afvallen in Wie is de Mol, het struikelen over woorden live op tv, of de afwijzingen van meerdere uitgeverijen. Jensen: “Je moet faalmoed hebben, durven te falen. Als je niet probeert dan kan je ook niet falen. Succes en falen staan niet recht tegenover elkaar. We moeten met z’n allen stralend falen, blij blunderen en vrolijk verliezen.”

Gênante momenten

Falen is entertainment, zoals vallen over een bananenschil. Zo ook voor stand-up comedian Céline Schrama, de tweede spreker. Volgens haar is er te veel onnodige schaamte in falen. Haar persoonlijke gênante momenten, maken goede stof voor comedy. Zo blijkt wel uit het lachende publiek. De grappen zijn dan ook raak: “Ik won de studentenprijs op het Leids Cabaret Festival. Dit is een talentenshow, maar dan één waar je niet aangerand wordt.”

De publieksparticipatie was bij Céline’s act minder raak toen ze aan de vrouwen vroeg hoeveel van hen porno kijkt. Gelukkig maakte dat voor de grap niet zoveel uit: “Ik betaal tegenwoordig 14,95 euro per maand voor porno, terwijl ik na vijf minuten al klaar ben en het ook geen familie-account is die ik met m’n ouders zou kunnen delen.” Met het advies: ‘blijf lekker falen’ sluit Céline af.

Denken in mogelijkheden

De laatste spreker is lector Positieve Gezondheid Sandra van Hogen-Koster. In de vorm van een interview trapt Kupper af met de vraag: wat is jouw faalmoment? Er volgt een lange anekdote van de lector waaruit blijkt dat het belangrijkste van falen, het ermee leren omgaan is. Van Hogen-Koster: “Wanneer we het hebben over falen, denken we al snel aan wat we niet kunnen, terwijl we beter kunnen denken in mogelijkheden. Waar ben ik wel goed in? En hoe kan ik dit vergroten? Kijk naar de dingen waar je wel invloed op hebt.”

studium generale faal

Hoe kan Saxion anders omgaan met prestatiedruk? Digitaal worden anonieme antwoorden ingestuurd die achter Kupper op het scherm verschijnen: beoordelingsformulieren afschaffen, minder leerdoelen, fouten delen, meer zelfregie en nog een hele reeks aan goede suggesties.

Wanneer het onderwerp toetscultuur ter sprake komt, krijgt studentpsycholoog Theodoor Haarman de microfoon onder z’n neus: “Als je een 6 haalt voor een tentamen waarvoor je moeite doet, is dit een grotere overwinning dan wanneer je een 10 haalt voor een tentamen waarvoor je niet leert”, zegt hij.

Kupper kondigt aan dat we gaan afsluiten met faalfitness, en er klinkt een sarcastische ‘fijn’ uit het publiek. Een zucht van opluchting volgt als blijkt dat we voor deze oefening niet hoeven te staan. Met onze vuisten maken we in afwisselende beweging een duim en een wijzende vinger. Op het moment dat het moeite gaat kosten haak je af, blijkt de boodschap. De afsluitende quote: ‘Effort is a sign of ability’.

Linde Verschoor