Saxion verlaat de komende jaren zowel het Randstadgebouw in Enschede als het SVB-gebouw in Deventer. De hogeschool heeft minder vierkante meters onderwijsruimte nodig, door voorspelde lagere studentaantallen en meer thuiswerkers.
Dat blijkt uit de huisvestingsstrategie voor de komende tien jaar, die nog wel goedgekeurd moet worden door Raad van Toezicht (RvT). Waar Saxion tot voor kort vaak inzette op nieuwbouw en uitbreiding, wordt nu juist ingezet op minder onderwijsruimte.
Volgens bestuurder Ineke van Oldeniel is niet uitgesloten dat Saxion de komende jaren eigen vastgoed afstoot of gaat verhuren, naast het vertrek uit het SVB-gebouw en Randstadgebouw, waar Saxion ruimte huurt. Met name in Twente is de voorspelling dat door bevolkingsontwikkelingen het aantal studenten de komende tien jaar zal afnemen.
20,6 miljoen
Voor onderzoekswerk is de komende jaren waarschijnlijk meer ruimte nodig, maar verwachting is dat die binnen het bestaande vastgoed gevonden kan worden. Met de huisvestingsstrategie is een investering gemoeid van 20,6 miljoen. In de plannen staat het verlaten van het Randstadgebouw voor volgend jaar ingetekend, de huur van het SVB-gebouw in Deventer loopt een jaar later af. Van Oldeniel noemt de aanpak compleet anders dan in eerdere jaren bij Saxion. “Toen ging het vaak over grootschalige nieuwbouw, bijvoorbeeld over de vraag hoe de kosten van een nieuw gebouw van 12 miljoen euro naar 10 miljoen euro konden. Nu gaat het over hoe we het maximale uit ons bestaande vastgoed halen.”
Daarbij gaat het om verduurzaming, vergroening, uitstraling, maar ook om verbinding met de steden. In Deventer staat het hoofdgebouw aan de Handelskade gevoelsmatig met de rug naar de binnenstad gekeerd: de entree is op het spoor gericht. “Door alle uitbreidingen in de jaren negentig is de achterkant voorkant geworden. Dat kunnen we niet helemaal oplossen, maar we kunnen wel kijken of we die uitstraling opener kunnen maken.”
Studenten lopen achter de bebouwing langs de Handelskade naar het station, compleet aan de stad en het zicht onttrokken. Van Oldeniel: “Dat zouden we graag anders zien, maar daarbij zijn we ook afhankelijk van de verdere ontwikkelingen rond de Handelskade. Het is wel een wens dat die looplijn straks voor het pand is.”
Tegelvlakte
Op korte termijn staat het ‘vergroenen’ van de gevel aan de Handelskade gepland. Dat geldt zeker ook voor het plein bij het Ko Wierengagebouw in Enschede; nu is dat nog vooral een tegelvlakte. Dat plein gaat veel en veel groener worden. Van Oldeniel: “Dat helpt dan bijvoorbeeld om waterproblemen bij het spoorviaduct aan te pakken.”
Een ander concreet plan is het verbeteren van de uitstraling van de centrale hal in zowel Enschede als Deventer. “Je komt er plezierig en royaal binnen, maar mensen die er iets organiseren ervaren het als ontzettend kaal. Daar gaan we iets aan doen”, zegt Van Oldeniel.
Gerelateerde artikelen
Twee studentenfilms genomineerd voor Gouden Boeskoolmenneke
Het Gouden Boeskoolmenneke is natuurlijk geen Oscar of Gouden Kalf. Maar toch, twee korte films van Creative Business-studenten zijn genomineerd voor het Short Filmfestival zaterdag in het filmhuis Oldenzaal. Ze maakten die voor de minor Audivisuele Storytelling. “Dit smaakt naar meer!”
Thuisgroepen en huiskamers een groot succes? Medezeggenschap heeft z’n twijfels
De Centrale Medezeggenschap was in de laatste overlegvergadering met het college van bestuur kritisch over de ‘thuisgroepen’ en de ‘huiskamers’. Die zijn volgens het bestuur een succes, maar de medezeggenschap denkt daar anders over. “Studenten weten niet wat een thuisgroep is, of wat het belang daarvan is. En we vragen ons af wat de toegevoegde waarde van de huiskamer is.”
Onbezongen held Edwin Vaanholt: “Saxion is een grote warme theemuts”
Als beveiliger ziet Edwin Vaanholt buiten Saxion vaak het allerslechtste van de mens. “Volwassen mensen die zich gedragen als een stel monsters.” Daarom geniet hij des te meer van zijn werk hier, al is het ook weer niet zo dat op de hogeschool helemaal niets gebeurd. “Het is hier misschien niet alle dagen spannend, maar dat laat vooral zien dat we ons werk goed doen.”