smart solutions

Het Smart Solutions Semester door studentenogen, deel twee

Het Smart Solutions Semester is niet alleen veelbesproken, maar ook volop in ontwikkeling. Maar hoe is het om daar nu in te zitten? SaxNow-redacteuren en Creative Business-studenten Annabel en Linde doen zelf het 3S-project en delen in deze serie hun ervaringen, net als die van drie medestudenten van andere academies. In dit tweede deel zijn ze halverwege. “Ik denk dat ik hier nog wel iets aan heb de komende jaren."

Linde studeert Creative Business en werkt aan het project ‘Learning Community: Circularity in Infrastructure and Living Enviroment’.

‘’Nu het project al heel wat weken op gang is, kan ik helaas nog steeds niet zeggen dat ik er lekker mee bezig kan. De eerste weken waren voor mij vooral gericht op het oriënteren van de opdracht en de samenwerking binnen de projectgroep. Toen ik na vijf weken nog geen zekerheid had over wat mijn plek nou eigenlijk was binnen de groep, heb ik aan de bel getrokken en gezegd: dit werkt niet.

Ik heb toen veel contact gehad met de twee tutoren van de Learning Community. Omdat de hele bedoeling van zo’n Learning Community is dat je van elkaar leert, hebben we eerst gekeken of ik niet beter kon samenwerken met studenten uit een andere groep. Helaas is dit niks geworden en kon ik niet zomaar switchen van opdracht. De begeleiding vanuit school was hierbij wel fijn, maar ik heb mijn probleem uiteindelijk toch zelf moeten oplossen.

Omdat de opdracht zo technisch is en ik in mijn projectgroep ook alleen maar techneuten heb zitten, ben ik maar gaan nadenken wat ik leuk vind om de aankomende maanden te doen. Zo ben ik op het idee gekomen om een bedrijfstijdschrift te maken. Voor mij was dit de enige manier waarop ik iets kon bijdragen aan het project en iets kon maken waar ik uiteindelijk trots op kan zijn.

Helaas betekent dit wel dat Smart Solutions voor mij niet erg interdisciplinair is. Ik heb ondertussen wel wat technische termen geleerd, maar in mijn verdere loopbaan heb ik daar waarschijnlijk niet zoveel aan. Ook maakt het niet uit hoe vaak ik uitleg waar ik mee bezig ben, mijn projectgroep denkt nog steeds dat ik een flyer aan het maken ben…

Ik ben momenteel erg druk met het opbouwen van het portfolio, waardoor het product wat ik aan het maken ben een beetje op de achtergrond verdwijnt. Dit portfolio bestaat uit persoonlijke leerdoelen en de verantwoording van de onderzoeken die ik heb gedaan binnen het project. Uiteindelijk telt dit verslag voor 75% van het cijfer, waardoor het eindproduct dus maar voor 25% telt. Je zou dus kunnen zeggen dat het verslag belangijker is, waardoor ik het lastig vind om prioriteiten te stellen.’’

Linde 2.JPG

Annabel studeert net als Linde Creative Business. Zij is in het project: ‘In Salland, let’s put our care-tool ´Floortje´ on the map!’ ingedeeld.

‘Onze projectgroep is de vierde 3S-groep die bezig mag met de zorgtechnologie-tool ’Floortje’. Daardoor vonden wij het erg lastig om een onderdeel te vinden waar wij nog wat aan konden toevoegen. We moesten echt op zoek om iets te vinden en dat moest dan ook nog passen bij onze verschillende disciplines. Wanneer we iets voorstelden kregen we vaak te horen dat het al was gedaan, daarna hebben we vier vorige projectverslagen goed doorgenomen.

Een voorbeeld waarbij dit gebeurde was toen we voorstelden interviews af te leggen bij verpleegkundigen. Onderzoeksinterviews doen is namelijk een onderdeel waar ik graag beter in zou willen worden. Helaas vond de vorige groep dit ook een goed idee, want het was al gedaan. Zij hadden de onderzoeksinterviews gedaan in combinatie met een testdag voor verpleegkundigen van de MVP (Minimum Viable Product) van ‘Floortje’. Sindsdien is het ICT-bedrijf Bullit Digital bezig met een versie één van het product. Deze is alleen pas eind januari klaar. Daarna kan het weer getest worden bij verpleegkundigen, maar dan zijn wij als het goed is al klaar met het project.

Uiteindelijk hebben mijn groep en ik toch een aantal onderwerpen gevonden waar we mee bezig konden. Zo ben ik bezig met een marketingplan, niet mijn eerste keuze, maar toch iets in de richting van Creative Business. Ook gaan we een businesscase maken, hier gaan vooral de commerciële economie studenten mee bezig. En we gaan bezig met het koppelen ECD’s (Elektronische Cliënten Dossiers) aan ‘Floortje’ en het maken van e-learnings over ‘Floortje’, dit zijn onderdelen waar vooral de verpleegkunde studenten mee bezig gaan.

Alhoewel ik nu goed bezig kan met het project, ben ik het nog steeds eens met het statement dat ik maakte in het vorige artikel. Meer dan één keer interdisciplinair werken voegt niks toe en staat alleen maar in de weg van je eigenlijke studie. Het moet een keuze worden: of een minor, of het Smart Solutions Semester.’’

Annabel Essink

Robin van den Broek studeert Forensisch Onderzoek en werkt de aankomende maanden aan het project: ‘VISIR - Vision for Smart Industry’.

“Ik merk nog steeds dat ik moeilijk mijn draai kan vinden, ik moet zoeken naar dingen die ik kan doen. Dit komt ook wel omdat het nou eenmaal een onderwerp is waar ik niet zoveel van afweet. Meestal komt het er bij mij op neer dat ik de documentatie op orde hou. Ik ben sinds deze week wel begonnen om mee te helpen met het programmeergedeelte binnen ons project. Een medestudent van applied computer science helpt mij hiermee. Dit is wel erg pittig, maar dat vind ik dan wel weer leuk. Zo heb ik nog een beetje afwisseling.

Wat ik de afgelopen maanden leerde, is dat je vanuit iedere opleiding andere inzichten krijgt. Zoals je bijvoorbeeld vanuit mijn opleiding, die inhoudelijk niet veel met het project te maken heeft, heel nuchter tegenover bepaalde problemen kan staan. Omdat je dan niet zo inhoudelijk kan kijken, leidt dit juist weer tot goede oplossingen. Als je de verschillende opleidingen bij elkaar zet, kan dat toch wel een heel dynamisch beeld geven van bepaalde problemen en situaties.

Het contact met de opdrachtgever verloopt eigenlijk heel soepel. Als ik ze een mailtje stuur heb ik binnen een dag wel reactie. Ik kan vergaderingen inplannen in hun agenda, wat erg handig is. Ook het contact met de tutor vanuit school verloopt goed. We hebben iedere week een voortgangs-meeting. We krijgen allemaal individueel feedback op ons portfolio. Hij is echt goed betrokken en kijkt naar de behoeftes van ons en van de opdrachtgever.

Ik denk dat wat ik inhoudelijk binnen het project leer, niet kan gebruiken voor mijn verdere loopbaan. Maar de samenwerking met verschillende mensen en een half jaar lang voor een bedrijf werken zijn wel goede ervaringen, waarvan ik denk dat ik er nog wel veel aan heb de aankomende jaren.”

Robin

Gijs van den Broek studeert Commerciële Economie en is voor het 3S-project bezig met het project: ‘Recycling Litter into Durable Textile’.

We zijn nu net over de helft van het project en ik ben eigenlijk wel tevreden met de voortgang. De samenwerking binnen de groep gaat heel soepel, de verhoudingen zijn goed. Iedereen heeft ongeveer evenveel taken.

Ik heb kennis opgedaan over verschillende soorten plastic, daar focust ons project zich voornamelijk op. Ook heb ik wel geleerd hoe verschillende opleidingen dingen anders aanpakken, bijvoorbeeld met feedback geven. Het is altijd goed om kennis op te doen, alleen ik denk niet dat ik er iets aan zal hebben in de toekomst. Het is nu nog heel lastig om te zeggen in welke branche ik later ga werken, omdat mijn opleiding zo breed is. Maar ik heb niet het gevoel dat in de plastic-industrie ga werken.

Onze vorige tutor heeft helaas aangegeven dat het project niet meer in zijn rooster past, dat het teveel voor hem was. Dus we zitten nu al vier weken zonder tutor. Als het goed is krijgen we volgende week een nieuwe tutor. We hadden vorige week de midterm-presentaties, hierbij was die oude tutor niet aanwezig maar ook de nieuwe tutor niet. Ik ben dus erg benieuwd hoe de overgang zal gaan. Aangezien de nieuwe tutor dan ook eigenlijk helemaal niet weet waar we mee bezig zijn. Gelukkig gaat de samenwerking binnen de groep erg goed en kunnen we voor vragen altijd terecht bij de opdrachtgever.

Het contact met de opdrachtgever is een beetje mager. Ik heb wel het idee dat het veel vanuit onze kant moet komen, wat soms wel jammer is. Het contact verloopt op zich wel prima, alleen had ik van tevoren misschien wel wat meer verwacht qua begeleiding.

Gijs

Huub Oosterink is derdejaars Facility Management en doet zijn Smart Solutions Semester project voor het bedrijf TND Duurzaam BV.

‘’Het gaat goed met mijn project, we zijn twee weken geleden begonnen met het echte onderzoek. We gaan met klanten van de organisatie in gesprek en we gaan telefonisch enquêtes afnemen. De samenwerking verloopt beter dan eerst, we zijn allemaal op dezelfde manier aan de slag gegaan. Op dit moment zijn we nog bezig met de data verzamelen. Of iedereen, wanneer dit klaar is, het op dezelfde manier gaat analyseren is natuurlijk nog de vraag.

We hadden het de vorige keer over dat een discipline in de groep ontbrak, Civiele Techniek. Ondertussen hebben we het er met de opdrachtgever over gehad. Die heeft de onderzoeksvraag zo aangepast dat we de informatie van deze discipline (voorlopig) niet nodig hebben. Mochten we het op den duur toch nog nodig hebben, dan heeft de opdrachtgever gezegd de juiste connecties te hebben om aan deze kennis te komen.

Als we informatie nodig hebben dan kunnen we daar binnen het cluster ook aankomen (drie projectgroepen met opdrachten over hetzelfde thema, bijvoorbeeld duurzaamheid). Alleen loopt dit nog wat stroef, we hebben niet veel contact gehad met de andere groepen. Alleen dat we volgende week de midterm-presentaties gaan doen. Tot nu toe vind ik het idee van een cluster nog geen meerwaarde leveren.

Het project dat we doen is heel leerzaam, maar het is niet dat we hele andere dingen moeten doen dan wat we op de opleiding gehad hebben. Wat ik lastig vind is dat je in de eerste weken voor je gevoel heel weinig hebt gedaan. Je bent met je plan van aanpak bezig, maar je wil eigenlijk gelijk met je onderzoek starten. Er is ook een deadline die je moet halen, dus je kan ook niet te veel tijd aan een specifiek onderdeel geven. Ook moet de opdrachtgever er uiteindelijk echt iets mee kunnen.

We moeten nu nog een aantal stappen zetten in een korte tijd, maar we zijn met z’n zevenen en ik merk gewoon dat je daardoor veel kan leveren in een relatief korte tijd, zolang je de taken goed verdeeld. We moeten elkaar ook goed up-to-date brengen met wat we doen. Dit beter leren samenwerken vind ik tot nu toe het leerzaamste aan het project.’’

Huub
Annabel Essink

Annabel Essink

Linde Verschoor 1.jpg

Linde Verschoor