Timo cropped.jpg

Van hbo naar mbo, student Timo deed het: “Mijn moeder spoorde me aan om me uit te schrijven”

Het mbo is nog steeds ondergewaardeerd, terwijl mbo’ers een cruciale rol spelen in onze maatschappij, constateerde onlangs ook onderwijsminister Dijkgraaf. Toch lijkt er voornamelijk aandacht te zijn voor de succesverhalen van mensen die hun weg ‘omhoog’ studeren. Daarom bij deze het succesverhaal van mbo-student Timo Wes (25): “Ik wil graag dingen maken, en als dat op het hbo niet tot zijn recht komt, is het mbo een goede stap.”

Afgestudeerden die het is gelukt om ‘omhoog te klimmen’ en nu een hbo- of masterdiploma binnen hebben, delen hun succesverhaal maar al te graag, bijvoorbeeld op LinkedIn. Inclusief quotes zoals: ‘als je het echt wil, is het mogelijk’, of ‘met een beetje doorzettingsvermogen, kan het’. Met dit soort berichten wordt de indruk gewekt dat hoe meer en hoger, hoe beter.

Ook mbo-student Timo Wes (25) had te maken met deze prestatiedruk. Hij rondde de havo af en vond het een logische stap om hierna te beginnen aan een hbo-opleiding op Saxion. Dus begon hij in 2016 aan de opleiding Kunst en Techniek. Timo: “Dan kom je hier binnen als 18-jarige, vers van de havo. Dat was echt een grote stap. Ik had het gevoel dat ik in het diepe werd gegooid. Ik had achteraf behoefte gehad aan meer begeleiding.”

Meer aandacht en waardering

Onderwijsminister Dijkgraaf wil meer aandacht en waardering voor mbo-studenten en belooft te zullen investeren in het mbo. "Ik vind het bijzonder onterecht en ook onacceptabel dat mbo’ers vaak worden ondergewaardeerd en miskend”, zei hij een half jaar geleden tegen RTV Utrecht. “Ik vind dat er in de samenleving veel meer waardering moet komen voor het vakmanschap en de innovatiekracht van mbo’ers."

Dijkgraaf wil af van het model waarin de ene opleiding hoger is dan de ander. Hij ziet een ‘waaier’ van opleidingen voor zich, waarbij sommige opleidingen meer theoretisch zijn en de ander meer praktisch. Die verschillen van elkaar, maar zijn wel gelijkwaardig. Zo wil Dijkgraaf afstand nemen van het hoger-lager denken.

Na één jaar Kunst en Techniek had hij niet genoeg punten om over te gaan. En omdat niet alle vakken aansloten bij zijn interesses, wilde hij graag switchen naar Game Creation & Producing. Maar omdat hij niet genoeg punten had voor de switch, en omdat de opleidingen binnen dezelfde academie vallen, moest hij een tussenjaar nemen. In 2018 werden de opleidingen gefuseerd en begon hij aan de opleiding Creative Media and Game Technologies.

Ook de juiste hoeveelheid punten binnenhalen op CMGT, bleek een uitdaging. Timo: “De stof was niet te moeilijk voor mij, maar het was wel te veel. Met te weinig begeleiding, voor mijn idee moest ik alles zelf maar uitzoeken. Ik kwam in een neerwaartse spiraal: één opdracht werkt niet mee, dan de volgende ook niet. Ik moest steeds meer vakken meenemen naar het volgende kwartiel of het volgende studiejaar. Ik begon me dingen af te vragen, zoals: ‘Waarom kan ik dit niet?’ en ‘ligt dit aan mij?’”

Toen corona ook nog eens de hoek om kwam kijken, liep de emmer over. “Ik zat thuis, alleen. Ik had geen hulp. Niemand die me er doorheen loodste.”

Het was uiteindelijk Timo’s moeder die hem aanspoorde om hem uit te schrijven en het mbo te proberen. Timo: “Ze zei: ‘met mbo kom je ook wel waar je wil zijn’. Dat zei ze ook al toen ik de eerste keer een tussenjaar nam, maar toen wilde ik er niet aan toegeven. Dat kwam voor een groot deel door het negatieve beeld dat rust op het mbo. En ik ben erg streng voor mezelf, dus als je dan van ‘hoger’ naar ‘middelbaar’ onderwijs gaat, voelt het als een stap lager.” Achteraf is dit volgens hem toch niet het geval, omdat de twee soorten onderwijs eigenlijk helemaal niet te vergelijken zijn.

DSCF0516.jpg

Timo: "Op het mbo mag ik zelf invullen waar ik mee bezig ga."

Nu is hij aan het afstuderen op het ROC van Twente als Creatief Technoloog, en zit hij helemaal op zijn plek. “Naar het mbo gaan was een goede stap voor mij, en het voelt zeker niet alsof ik potentie weggooi”, zegt hij. Volgens hem kon hij zich op het hbo niet goed ontwikkelen, omdat hij zich niet kon verdiepen in specifieke vakken die hem aanspraken. “Ik wil graag dingen maken, en als dat op het hbo niet tot zijn recht komt, is het mbo een goede stap.”

Timo legt uit: “Op het mbo mag ik zelf invullen waar ik mee bezig ga. Op het hbo was daar geen ruimte voor, iedereen moet hetzelfde doen. Hoe goed of slecht je ook ergens in bent. Dat is het verschil met het mbo, er wordt gekeken naar waar je al wel goed in bent en waar je beter in wil worden. En het belangrijkste, doen wat je zelf leuk vindt. Je kan het passend maken voor jezelf.”

Naast zijn studie werkt Timo ook nog als Concept Developer en 3D-designer bij zijn (oude) stagebedrijf C4Real. “Ik heb een goede baan, zelfs zonder diploma”, zegt hij. Maar terwijl hij het zaagsel van zijn broek afklopt, vertelt Timo dat hij dan binnenkort wel eindelijk dat papiertje op zak zal hebben. “Ik heb vanochtend gewerkt aan de voorbereidingen voor het examen, samen met mijn klasgenoten bouwen we een boot(je). Binnenkort gaat ‘ie het water op.”

Linde Verschoor 1.jpg

Linde Verschoor