In deze aflevering van Opgevallen: Tjeerd Bollmann, docent aan de masteropleiding Applied Nanotechnology. In zijn lessen maakt hij begrijpelijk wat voor velen als heel erg moeilijk geldt. Dat doet hij ook in dit interview, waarin hij ons als een volleerd berggids over ‘de berg der domheid’ en door de ‘vallei van wanhoop’ helpt.
Eenmaal uitgelegd hoe de rubriek Opgevallen werkt, noemt Mark de Vries, masterstudent Applied Nanotechnology, zonder aarzelen zijn docent Tjeerd Bollmann. “Hij is zo iemand die veel tijd in zijn lessen steekt en persoonlijke aandacht heeft voor zijn studenten.”
Maar wat hij bovenal waardeert in zijn docent is nog iets anders. “Van Tjeerd krijg ik het vak Kwantummechanica. Volgens mij hoef ik niet uit te leggen dat dit een behoorlijk moeilijk vak is. Zijn kunst is dat hij het relatief makkelijk te begrijpen maakt.”
Voor iedereen? “Misschien niet helemaal voor iedereen, maar voor iedereen die wat van de context weet misschien wel.”
Hoe moeilijk is kwantummechanica, Tjeerd?
“Het is iets heel abstracts. Als we als mensen om ons heen kijken, zien we causaliteit en driedimensionaliteit. Daarmee groeien we op. Een appel valt naar beneden, niet omhoog. Dus daar is onze hele intuïtie op gestoeld. Kwantummechanica is tegenintuïtief. Dat deterministische – een appel valt naar beneden – moet je loslaten. Het is gestoeld op kansberekening en hoogdimensionale systemen. Waarbij je wiskunde moet gebruiken om tot een oplossing te komen. Je moet je intuïtie loslaten en ook niet proberen te begrijpen.”
Dat klinkt als een ingewikkeld proces. Hoe zorg je ervoor dat studenten daarbij niet afhaken?
“Ik zeg het ze ook; we gaan focussen op alleen een stuk wiskunde. Eerst uitvoeren en nog niet nadenken. En ik zeg: vertrouw mij maar.”

"In dit geval moeten studenten niet proberen het te begrijpen." Foto's: Marlene Mahn
En kan iedereen dat, zomaar vertrouwen op jou?
“De meeste studenten gaan door een proces.”
Bollmann loopt naar een whiteboard, pakt een stift en begint te doceren. Op het bord tekent hij een grafiek, met daarin een hoge piek en een diep dal.
“Dit is gebaseerd op het Dunning/Kruger-effect. Het is misschien niet superwetenschappelijk, maar ik zie het in de praktijk. Aan het begin weet je nog weinig van een onderwerp, en denk je wellicht dat je al heel veel weet. Dan zit je op de top van Mount Stupid, maar als je meer leert, kukel je van die berg.
Dan kom je terecht in de Valley of despair, oftewel de vallei van de wanhoop. Je leert meer en beseft; ik begrijp hier geen reet van. Dit wordt hem niet. Ik ga afhaken, denk je wellicht.
Vrijwel iedereen heeft dat gevoel, dat gevoel van: dit wordt hem niet. Ik vertel ze vaak van te voren dat dit gaat gebeuren. En ik zeg ze; blijf bij me, ik gids je die berg weer op. Dat helpt.”
Denk je zelf wel eens bij een student, stop maar, dit wordt hem niet?
“Ik ben ervan overtuigd dat het iedereen zou moeten lukken om vorderingen te maken. Niet voor iedereen ligt het eindpunt hetzelfde, maar dat is iets anders.”
Iedereen zou dus een voldoende moeten kunnen halen?
“Misschien moet ik het niet zeggen, maar mijn slagingspercentage is erg hoog. Het geeft ook echt een gevoel van voldoening als je mensen hebt kunnen meenemen. Soms hebben mensen een herkansing nodig, maar dat mag ook. Ik probeer bij elke student te bepalen; wat heeft deze student nodig? Welke analogieën ik gebruik, dat is bijvoorbeeld vaak maatwerk.”
Heb je zelf wel eens een onvoldoende gehaald?
“Ja, maar gek genoeg lukt het nu juist extra goed om dat vak te geven, misschien wel juist door de moeite die ik had om dat vak te halen.”
Is er een student die jouw manier van lesgeven echt heeft veranderd?
“Dat zijn er meerdere. Maar degene die me het meest helder voor de geest is gebleven, dat was echt een geweldige student. Die had een fulltime baan, maar wilde tegelijkertijd de master volgen. Hij was ook een keiharde werker. Ik heb echt veel van hem geleerd.
Hij had een bijzondere wens, want hij werkte overdag. Zijn vraag was dus: hoe kan ik jouw colleges in de avonduren volgen? Ik heb toen – dit was in 2018, dus pre-corona- gezegd: dat gaan we regelen, want ik ben blij dat ik je aan boord heb. Ik heb een camcorder en een statief aangeschaft en al mijn lessen opgenomen. Die heb ik online in het systeem gezet en met iedereen gedeeld. Die student was daar heel blij mee. Die heeft ook alles gehaald, dat was een heel talentvolle jongen.
Maar toen corona kwam, was ik dus al gewend aan dit soort dingen. Ik had al een heleboel ervaring. Daar pluk ik nu nog steeds de vruchten van. Al mijn lessen zijn hybride te volgen. Dat heeft meerwaarde.”
Je dacht niet: dat is wel heel veel werk?
“Ik geloof erin dat je dat extra stapje moet zetten als je mensen echt wil meenemen. Als ik mensen erbij wil houden, dan moet ik ze faciliteren.”
In je vrije tijd ben je onder meer dirigent. Zijn er veel parallellen met het lesgeven?
“Daar heb ik nog nooit over nagedacht, maar die zijn er een op een. Als dirigent begin je met een partituur en werk je samen toe naar een uitvoering. In de klas werk je samen naar een toets. In beide gevallen is mijn rol om de groei te faciliteren.”
Beetje flauw misschien, maar mis je voor de klas het ‘stokje’ wel eens?
“Nee, want dat is vooral bedoeld om een groep muzikanten als samenhangend geheel aan te sturen. Om de gehele groep samen mee te nemen naar het eindpunt. Als student gaat het veel meer om een individuele prestatie.”
Ben je een docent die makkelijk iets over zijn eigen privéleven deelt?
“Ik probeer dat best wel gescheiden te houden. Je merkte misschien dat ik net ook een beetje aarzelde op je vragen naar mijn personalia.”
(Bollmann (42) is getrouwd, heeft twee kinderen, woont in Hengelo (OV) en groeide op ‘in de buurt van Doetinchem’.)
“Dat gescheiden houden, doe ik ook uit een soort professionaliteit. De rolverdeling tussen docent en student is voor mij belangrijk. Ik hecht er bijvoorbeeld ook waarde aan dat ik respectvol aangesproken wordt. Eerstejaars sprak ik ook altijd met ‘u’ aan. Ik kleed me altijd wel netjes, mij zal je niet in een bandshirt zien. Bij afstuderen doe ik een jasje aan. Dat is een feestelijk moment. Daar mag best iets van gemaakt worden.”
Wat gaat goed op Saxion?
“Ik zit specifiek in het masteronderwijs. Daarbij ontwikkelen we nu een master samen met de Haagse Hogeschool, Fontys en de HvA. Ik merk dat wij daar als Saxion heel veel voor kunnen betekenen. We hebben een grote onderzoeksgroep. Die master is een hele aanwinst. Ook voor studenten die toegepast onderzoek willen doen en geen wetenschappelijk onderzoek.”
Wat gaat er niet goed op Saxion?
“Saxion is nog erg ingericht op bacheloronderwijs. We zijn dus een beetje een vreemde eend in de bijt. En wat ook ingewikkeld is, maar dat is zeker niet de schuld van Saxion: de onbekendheid van de master op het hbo. Mensen zijn zich er gewoon niet van bewust dat het bestaat. En we moeten helaas blijven uitleggen dat de waarde van het diploma een hbo-master niet anders is dan die van een master aan de universiteit. Het diploma is exact hetzelfde.”
Opgevallen
Welke docent maakt voor jou het verschil, gaat door waar anderen ophouden of doet precies wat anderen juist niet doen?
In Opgevallen dragen studenten of studieverenigingen zelf docenten aan die zij heel bijzonder vinden. Wij vragen ze vervolgens het hemd van het lijf. Waarom doen ze dingen anders? Wat drijft ze? Hoe ziet hun privéleven eruit?
Heb je ook een docent die je is opgevallen? Mail ons dan via [email protected]
Rubrieken
Gerelateerde artikelen
Anouk Rösken in Opgevallen: “Studenten mogen mij altijd appen, zo van: hey yo, ik loop hier tegenaan”
In deze aflevering van Opgevallen: Anouk Rösken (35), docente aan de opleiding Toegepaste Psychologie. Als voormalig jeugdhulpverlener kwam ze tien jaar lang ‘echt van alles’ tegen, dus schrikt ze niet zo snel van de kwetsbaarheden en problemen van studenten. Integendeel. “Sommige studenten maken echt een diepe indruk op me. Ik leer van hen en zij van mij.”
Corrie Hemkes (en Kermit de Kikker) in Opgevallen: “We hebben een heel bijzonder vak”
In deze aflevering van Opgevallen: Corrie Hemkes (63), docente Communicatie bij de academie Business Building & Technology (BBT). Ook aanwezig: haar hulp Kermit de Kikker (onbetaald, leeftijd onbekend). Waar die groene assistent veel zegt over de humor én lesopvattingen van Hemkes, blijkt ze bovenal een betrokken, enthousiaste én kritische docent. “Ik hoop toch wel dat het onderwijs in onze organisatie centraal blijft staan.”
Mark Hartink in Opgevallen: “Ik gun anderen wat mij ook is gelukt”
In deze aflevering van Opgevallen: Mark Hartink (35), docent en aanvullend studiebegeleider bij de Academie Mens en Maatschappij (AMM). Hij weet als geen ander hoe moeilijk het kan zijn iets voor elkaar te krijgen, zeker in een organisatie met de omvang van Saxion. Maar of dat de reden is dat studenten altijd bij hem terecht kunnen, durft hij niet te zeggen. “Ik wil gewoon helpen.”