Volg de handgeschreven bordjes met pijlen en je komt uit bij de pop-up shop, op de derde verdieping van Haanstra in het hoofdgebouw van Saxion Enschede. De aankomende tijd kunnen studenten en medewerkers hier terecht om (gratis) te winkelen, spullen te doneren, te praten over duurzaamheid of gewoon voor de gezelligheid. Social Work-docent en initiatiefnemer Fransje Immink: “Iemand anders z’n zooi kan precies zijn wat je zelf zoekt.”
Kleding, speelgoed, etenswaren maar ook haarverf of een afwasborstel. Een greep uit de spullen die je kan vinden in de ‘geef, neem & deel’ pop-up shop. De ruimte op de derde verdieping van Haanstra is zowaar ingedeeld als een hippe kringloopwinkel. Neem plaats op de bank met een tweedehands boek, pas kleding in de geïmproviseerde paskamer of zoek een sinterklaas/kerstcadeautje uit, die je vervolgens ook nog kan inpakken. De enige regel: neem mee wat je nodig hebt.
De gezellige ruilhoek is speciaal voor de week van de duurzaamheid opgezet door Social Rebel: een groep docenten en studenten van de opleiding Social Work, die zich inzetten voor maatschappelijke vraagstukken door middel van kunst. Waaronder ook docenten Fransje Immink, Christine Ribbert en Judith Boonstra.
Van elkaar leren
Volgens Immink is het doel van de pop-up shop om bewustwording te creëren over consumentengedrag, duurzaamheid en armoede. Immink: “Het is niet de bedoeling dat we iedere student een pak pasta gaan geven. Het gaat er meer om dat we met elkaar in gesprek gaan over duurzaamheid en klimaatverandering.” Van elkaar leren is het belangrijkste, zegt ze.
De pop-up shop is er in eerste instantie een maand, maar bij succes zal de ‘winkel’ er voor een langere tijd blijven. Aan de inbreng te zien is er genoeg interesse. Immink: “De spullen die ingebracht worden gaan ook naar stichting Stop Armoede 053, waarmee we een samenwerking hebben.” In de pop-up shop hangt een grote ‘vraag & aanbod’-poster waarop verzoeken geschreven kunnen worden. Zo is team 2C opzoek naar een klok voor in hun kantoor. “Iemand anders z’n zooi kan precies zijn wat je zelf zoekt”, zegt Immink. Ze vult aan: “Waarom zou je iets nieuw kopen als je het hier ook gratis kan meenemen?”
Op deze plek lopen genoeg studenten langs. ‘Leuk, een soort ruilhoek’, klinkt het. Een andere student spot een chocoladeletter in de kast vol etenswaren, ‘hmm, lekker’, en loopt er snel mee weg. Ook tweedejaars Human Resource Management student Ruth Loke heeft de pop-up shop ontdekt. Zelf is ze nog niet zoveel bezig met duurzaam winkelen. Ruth: “Dit initiatief is een goede eerste stap. Als ik de aankomende tijd iets nodig heb, sinterklaascadeautjes ofzo, ga ik er rekening mee houden en eerst even hier rondsnuffelen.”
Gerelateerde artikelen
Thuisgroepen en huiskamers een groot succes? Medezeggenschap heeft z’n twijfels
De Centrale Medezeggenschap was in de laatste overlegvergadering met het college van bestuur kritisch over de ‘thuisgroepen’ en de ‘huiskamers’. Die zijn volgens het bestuur een succes, maar de medezeggenschap denkt daar anders over. “Studenten weten niet wat een thuisgroep is, of wat het belang daarvan is. En we vragen ons af wat de toegevoegde waarde van de huiskamer is.”
Onbezongen held Edwin Vaanholt: “Saxion is een grote warme theemuts”
Als beveiliger ziet Edwin Vaanholt buiten Saxion vaak het allerslechtste van de mens. “Volwassen mensen die zich gedragen als een stel monsters.” Daarom geniet hij des te meer van zijn werk hier, al is het ook weer niet zo dat op de hogeschool helemaal niets gebeurd. “Het is hier misschien niet alle dagen spannend, maar dat laat vooral zien dat we ons werk goed doen.”
Floor fietste virtueel dronken naar huis; “Bij een rotonde zie ik een auto over het hoofd”
Autorijden met drank op: het is not done. Maar menig student zal weleens met een paar borrels op naar huis fietsen. Is dat niet gevaarlijk? Bij student-redacteur Floor Blommaart liep dat, virtueel, niet goed af. Ze deed dinsdag mee met de 3D-Tripping Bike in de hal van het Ko Wierenga-gebouw. “Bij een rotonde zie ik een auto van rechts over het hoofd. Het wordt zwart voor mijn ogen.”