willeke

“Pas als dertiger kon ik me vol op het werk storten”

Willeke Slingerland (41) is lector weerbare democratie. Ze noemt zichzelf een laatbloeier. Toen ze moeder werd van vier zoons, begon ze aan haar promotie. In De Balans deelt ze haar levenslessen. “Het werd tijd om niet de makkelijke weg te kiezen, maar hard te werken.”

1. Vertrouwen is een groot goed

“Ik kom uit een fijn gezin, waarin ik en mijn twee jongere broers alle kansen kregen om ons te ontwikkelen en onze interesses na te jagen. Dat was echt een warm nest, waar ik vooral genoot van het vertrouwen. Want hoeveel meisjes van twaalf jaar mogen naar de plaatselijke discotheek Sunset in Haaksbergen? ‘Jij kunt die vrijheid aan’, zei mijn vader Wim dan. Het vertrouwen dat ik als kind kreeg, is waardevol en dat vertrouwen wil ik ook hebben. In mijn eigen kinderen en in mijn studenten.”

Het gezin was vol vertrouwen en veiligheid. Er waren gewoon niet veel regels. Mijn ouders gingen naar de Nederlandse Hervormde kerk, maar ik heb me nooit verplicht gevoeld om ook te gaan. Wel werd er veel gepraat, over het nieuws en politiek. Toen ik opgroeide had je bijvoorbeeld de protesten tegen het plaatsen van kernraketten, daarin liepen we mee. We hadden het over Tsjernobyl en zure regen. Dat bewustzijn en interesse in de wereld om je heen, probeer ik mijn vier jongens ook mee te geven. Misschien ben ik iets te streberig, maar de twee oudsten, van zeven en vijf jaar oud, kijken het jeugdjournaal. Dan praten we over de actualiteiten.”

De Balans

In deze serie maakt SaxNow met verschillende Saxionners de tussenstand op. Wat heeft het leven en werk gebracht, wat zijn hun passies en twijfels? En welke levenslessen trekken ze daaruit?

2. Doe waar je vroeger blij van werd

“Natuurlijk maak ik me weleens zorgen. Voor mijn jongste kinderen is het ineens heel normaal dat hun ouders in de winkel met een mondkapje lopen. Dat ze opa’s en oma’s maar weinig zien, dat knuffelen niet de bedoeling is. Wat voor impact heeft dat op een kind? Maar je moet vertrouwen hebben in het gezonde verstand. We praten veel met de kinderen, beantwoorden hun vragen en leggen uit. De wereld is al complex genoeg, de kunst is om het niet te ingewikkeld te maken. Dat probeer ik zelf ook te doen. Als kind danste ik voor de spiegel en dat doe ik nog steeds. Zo’n moment, waarop je alles even loslaat, geeft perspectief. Dat werkt beter dan ingewikkelde mentale zoektochten en coaches.”

3. Een zondagskind zijn is niet genoeg, je moet er ook voor werken

“School ging me makkelijk af, misschien iets tè. Ik ging naar het vwo zonder echt hard te werken. Ik bleef een keertje zitten, maar ging bijna moeiteloos naar de universiteit. Mijn studie internationaal en Europees recht viel me ook niet zwaar. Het is niet dat ik altijd de makkelijkste weg koos, maar ik deed ook niet mijn best om een hoogvlieger te zijn. Uitdaging zocht ik wel op, bijvoorbeeld door les te geven op Saxion terwijl ik nog studeerde. Zó spannend was dat, voor de klas met studenten die één of twee jaar jonger zijn.

Toen ik in 2008 bij Saxion begon, vond ik het tijd om de schouders er eens onder te zetten. Nu eens niet vertrouwen dat het allemaal goed komt met voldoende inzet, maar kijken of ik boven mezelf uit kon stijgen. In de periode dat ik mijn eerste drie kinderen kreeg, werkte ik fulltime en begon aan een promotietraject. ’s Avonds om 20.00u begon ik met het onderzoek en om 01.00u naar bed, om de volgende dag les te geven. Lange dagen maakte ik in die acht jaar, maar ik was vastbesloten: nu wil ik eens alles uit mezelf halen. Compenseren voor eerdere jaren misschien.”

willeke

Foto: Ronald Hissink

4. Haast niet, voor alles is een tijd en een context

“Had ik dat eerder moeten doen, me vol op het werk en mijn passie storten? Ik denk het niet. Pas in die fase in mijn leven, als dertiger, was ik klaar om dit te doen. Daarvoor had ik natuurlijk niet stil gezeten. Ik heb in Newcastle gewoond, waar ik voor General Motors werkte. Ik was politiek assistent, onder andere van Alexander Pechtold. Met die ervaring kon ik tot mijn onderzoeksvraag komen. Want daar zag ik in de praktijk hoe hevig er gelobbyd wordt, hoe besluiten tot stand komen en dat democratie geen statisch gegeven is, maar iets waar we aan moeten werken.

Dus ja, ik was al wat ouder dan de typische promovendus. Maar dat maakte dat ik een heel duidelijke onderzoeksvraag kon formuleren én de discipline kon opbrengen om het handwerk van een promotie te verrichten. In die tijd leerde ik iets belangrijks over mezelf. Namelijk dat ik productief en efficiënt kan zijn. Daar pluk ik nog steeds de vruchten van. In deze coronatijd maak ik bijvoorbeeld een sportieve wandeling met mijn collega, waarbij we langs de groenteboer gaan én ons overleg hebben. Dat multi-tasken zit er gewoon in.

Het proefschrift over netwerkcorruptie heeft me geen windeieren gelegd. Ik rondde het in 2018 af en nog steeds krijgen we vervolgopdrachten vanuit het bedrijfsleven en het openbaar bestuur. En ik krijg met regelmaat media-aanvragen, bijvoorbeeld deze zomer bij het BNNVARA-programma Opstandelingen over bestuurlijk onrecht. Het geeft, denk en hoop ik, aan dat we relevant onderzoek en onderwijs verzorgen op Saxion. Onderzoek dat direct is gekoppeld aan maatschappelijke vraagstukken en waarbij studenten een belangrijke rol spelen. Die rol is essentieel, want juist zij brengen perspectieven en inzichten die ik niet kan bedenken.”

5. Wat je doet moet waarde hebben

“Ik heb het gevoel dat ik precies ben waar ik nu hoor te zijn. Mijn werk op de hogeschool geeft voldoening, omdat ik vind dat ik waardevol werk doe. Op de eerste plaats met en voor onze studenten, die volwassen worden in een complexe tijd. Meer dan andere generaties groeien ze op in een informatiesamenleving, waarbij de waarde van informatie constant bevraagd moet worden. Wat is echt en wat is nepnieuws? Wat is propaganda en wat is dat niet?

Als de coronacrisis één ding laat zien, dan is het dat er verschillende waarheden rondgaan. We vertrouwen niet meer blind op onze instituties. Daar is niets mis mee, we willen juist een democratie van kritische burgers. Studenten daarin begeleiden, dat is een prachtig onderdeel van mijn functie als lector. Net zoveel voldoening haal ik uit mijn interessegebied. Ik ben een democraat in hart en nieren en geloof in de creativiteit en de veerkracht van het individu. Maar de machinerie van de democratie mag zich niet tegen het individu keren, zoals je bijvoorbeeld ziet bij de toeslagenaffaire bij de belastingdienst.

Het gevolg van zo’n crisis is enorm. We leven een potentieel giftige cocktail, omdat enerzijds bestuursnetwerken elkaar in stand houden en zelfs de hand boven het hoofd houden. Denk aan de vriendjespolitiek rondom Jos van Rey, de Limburgse ondernemer en politicus. Maar net zo gevaarlijk is het tanende vertrouwen in diezelfde bestuurders en instituties. Alles wordt in twijfel getrokken en complottheorieën zijn het gevolg, of dat nu moedwillig is of uit gebrek aan informatie. Daarom ben ik zo blij met mijn lectoraat weerbare democratie. Wij onderzoeken met de samenleving, studenten en kennispartners hoe we goed en ethisch bestuur een plek kunnen geven, waarbij de burger zich gehoord voelt. Daarvoor hebben we de kennis in huis.”

6. Zoek de samenwerking op

“Het samenwerken met anderen, is wat doceren en onderzoeken op Saxion zo mooi maakt. We zetten onze studenten in op praktische vragen vanuit de samenleving, maar ook intern werken we samen. Er zijn steeds kruisbestuivingen met andere lectoraten. Ik vind dat Saxion de goede weg is ingeslagen met het Saxion Onderwijsmodel, waarin die wisselwerking vastgelegd is. Want juist deze tijd vraagt erom dat je over de schutting kunt kijken, dat je de taal van een andere discipline kunt verstaan.”

7. Streef ernaar om een rolmodel te zijn voor anderen

“Mijn maatschappelijke betrokkenheid en idealisme kreeg ik deels uit mijn opvoeding mee. Ik ben opgegroeid met de verhalen van mijn grootouders, die in de tweede wereldoorlog verzetsstrijders waren. En met het idealisme van mijn ouders. Ik probeer zelf ook een rolmodel te zijn, voor mijn omgeving en vooral voor mijn zoons. Passie voor je werk en daar veel voor doen, daar groeien ze mee op. Ik werk fulltime, maar ben op dit moment een dag in de week thuis bij de kinderen. Mijn vriend Jelte heeft ook een verantwoordelijke baan. Vaak druk dus. Maar we kunnen ook heel goed niets doen en opgaan in het moment.

Als vrouw wil ik laten zien dat je zelfstandig kunt zijn. Dat probeer ik te doen als lector, docent, onderzoeker én als moeder. Madonna was altijd één van mijn heldinnen. Haar krachtige feminisme, hoe ze dansers van verschillende etniciteit en geaardheid in de spotlight zette: ze was haar tijd ver vooruit. Express yourself – het is en blijft een sterke boodschap. Natuurlijk is ze geen engel. Maar naast de geweldige muziek, heeft ze voor mij – en ik denk heel veel meisjes die opgroeiden in de jaren ’80 en ’90 – veel betekend.

Die helden heb je nog steeds. Mijn zoon vroeg laatst: zijn er eigenlijk superhelden? Natuurlijk, zei ik, bijvoorbeeld Boyan Slat, die de plastic soep in de oceaan opruimt. Ik zocht een afbeelding van hem. Op de eerste die ik van hem vond, de cover van Time magazine, stond hij als superheld afgebeeld. Die superhelden en rolmodellen van vlees en bloed hebben we nodig. Niet zozeer om naar op te kijken, maar vooral om van te leren en geïnspireerd te raken. Want heel gewone mensen kunnen bijzondere dingen doen.”

Dit artikel verscheen eerder in het SaxNow kerstmagazine
willeke

Foto: Ronald Hissink

rik

Rik Visschedijk