Trisanna bookcover webres-6811.jpg

Auto-ongeluk zet leven Trisanna op zijn kop: ‘Ik weet niet of ik ooit nog de oude ga worden’

Studente Trisanna Hofman (20) krijgt vorig jaar na een doodgewone stagedag een auto-ongeluk. De klap is hard, maar ogenschijnlijk blijft de impact beperkt. Ongeschonden stapt ze zelf uit de auto, zich vooral druk makend over de gezondheid van de ‘tegenpartij’. Inmiddels weet ze wel beter. ‘Van het meisje dat ik toen was, is nu niks meer over.’

Voor de buitenwereld gaat het crescendo in het leven van laatstejaars creative business-studente uit Kraggenburg; ze begint haar eigen bedrijf, op school merken ze niet veel geks en altijd is er die lach, hard of zacht, die haar al haar hele leven kenmerkt.

Die lach maskeert veel, misschien wel te veel. Vlak na het ongeluk is er de schuldvraag, de schaamte, en later komen de fysieke en emotionele pijn, vermoeidheid en een compleet gebrek aan concentratie. En het besef: ik word misschien wel nooit meer de oude.

Ze schreef er een boek over, beter gezegd, stort haar hoofd leeg op papier. Rauw, ongefilterd en ontstellend eerlijk. Het leest enerzijds als een schreeuw om erkenning (zie mij en zie wat dit ongeluk met mij doet), maar telt net zo goed als verwerking. Tijdens het schrijven moet ze de tranen wegvegen om te zien wat ze überhaupt aan het typen is.

Een interview op basis van citaten uit haar eigen verhaal, dat ze niet alleen voor zichzelf schreef. “Ik wil er ook anderen mee helpen. Al zou ik met dat eerlijke verhaal maar één iemand mee helpen, dan zou het genoeg zijn.”

‘Ik weet dat er een klap was en dat ik daarna rook zag’

“Eigenlijk was het een doodgewone dinsdag, druilerig, een beetje een dag als vandaag. De week was net begonnen, en ik was rond half zes klaar met mijn stage. Die was op een kwartiertje rijden van mijn huis, gek genoeg hadden we ’s middags nog een gesprekje gehad over waarom ik eigenlijk niet met de bus was gekomen. Wat ik nog weet, is dat ik voorbij het tankstation was, en me vervolgens opeens terugvond aan de andere kant van de weg, in de berm. Ik moet meerdere rondjes hebben gedraaid. Het besef waar ik was, was volledig weg.

Ik moest en zou de auto uit. Het eerste wat ik daarna dacht was; shit, het zal maar zo zijn dat die ander het niet overleefd. Wie zijn schuld dit ook was, het belangrijkste was dat iedereen het overleefde. Zo voelde het gelijk. Ik heb wel 100 keer gevraagd hoe het met haar ging daarna, tot aan het ziekenhuis aan toe, maar ze mochten me om privacy-redenen niks vertellen. Ik was er pas een beetje gerust op toen ze me zeiden: maak je daar nou niet zo druk om, ze is stabiel.”

12.jpg

De impact is duidelijk zichtbaar aan de auto. Foto's: Trisanna Hofman/headerfoto: AletteHolmanFotografie

‘Alles wat ik doe kost honderd keer meer energie dan normaal’

“Hoe het nu met me gaat? Op zich een beetje op en af. Dagen van negen tot zes kan ik niet meer maken, dat gaat gewoon niet. Mijn afstuderen gaat wel goed, al heb ik wel een andere route moeten kiezen. Voor mij is nu de vraag: wat kan ik doen en wat wil ik doen? Mijn nek doet altijd pijn; het voelt alsof er aan de ene kant twintig zakken cement vastzitten en alsof er aan de andere kant met een touwtje aan wordt getrokken.

Nou is dat nog te doen: pijn kun je negeren, of beter gezegd, je pijngrens kun je verleggen. De klachten zijn er altijd, daar wen je aan. Moeilijker vind ik de problemen die ik sinds het ongeluk heb qua concentratie, en de moeheid. Op stage zat ik twee uur naar mijn scherm te staren, toen ik terug was. Het was alsof ik mezelf niet meer was. Je pijngrens kun je verleggen, met concentratie kan dat niet. Dat ik zo weinig energie heb, zorgt ervoor dat ik moet kiezen. Daardoor moet ik nu veel meer de regie nemen in mijn leven als voorheen: nutteloze dingen doen is echt zonde. Op de bank zitten mokken geen zin.”

5.jpg

Zelfs in de ambulance is er nog een lach. 'De vrouw van de ambulance vroeg me of ik wilde lachen voor de foto. Foto's: Trisanna Hofman/headerfoto: AletteHolmanFotografie

‘Voor mij was het allemaal zoveel makkelijker geweest als ik niet de auto was uitgeklommen’

“Hopelijk wordt dit niet verkeerd begrepen: ik ben ontzettend blij en dankbaar dat ik er nog ben. Deze tekst komt voort uit pure frustratie, ik was die ellende van het afgelopen jaar zo ongelofelijk zat. En ook het besef dat ik nog niet de oude ben, en dat ik waarschijnlijk nooit meer de oude zal zijn, qua belasting. Dat betekent ook dat ik waarschijnlijk nooit fulltime voor een random baas zal kunnen werken. Na het ongeluk heb ik tijden als een zombie op de bank gelegen, wel miljoenen vogels geteld.”

‘Dit ongeluk is kut. KUT.KUTTER.KUTST.PUNT.’

“Niks, het is prima. Het is ook gewoon kut dat dit me overkomen is. In dit verhaal heb ik geen masker op willen zetten, ik heb niets willen verbloemen. Dan heb ik er zelf niets aan en anderen ook niet. Zodra je de dingen gewoon benoemd, beseft dat het is zoals het is, ook al is dat verschrikkelijk, dan kun je de dingen naast elkaar zien. Dat helpt enorm.

Ik denk dat je één leven hebt, dat van mij had al voorbij kunnen zijn. Dat besef zorgt ervoor dat ik heel goed weet dat ik mijn kansen moet en wil pakken. Dat gaat om werk, maar net zo goed om vrienden en familie. Als je dingen niet leuk vindt, wat heeft het dan voor zin om ze überhaupt te doen? Ik ben van plan extreem hard te gaan genieten, en dat hoeft echt niet van grote dingen te zijn; dat kan ook gewoon van hele kleine dingen.”

a

Trisanna tijdens werk op de camping. 'Waar ik normaal 200% ga, ging ik nu 50%. Tegelijkertijd kon ik alles wel even loslaten. Foto's: Trisanna Hofman/headerfoto: AletteHolmanFotografie

‘Er zijn een paar woorden in het leven waar ik echt een hekel aan heb, één daarvan is bewijsdrang’

“Ik heb een enorme hekel aan dat woord. Ik ben ik en jij bent jij, die bewijsdrang zit alleen in mijn eigen hoofd. Die bewijsdrang werd nu misschien nog wel groter. Zoals tijdens het 3S-project. Daar heb ik ook over mijn ongeluk verteld, dan sta ik voor mijn gevoel gelijk met 1-0 achter, dan wil je extra hard werken om te compenseren. Terwijl de dingen die ik doe helemaal niet minder zijn, ik moet het alleen anders aanpakken. Mijn groepsgenoten zeiden later: wij hebben daar niks van gemerkt.

Als je mij voor het ongeluk had gezegd dat ik mijn stage zou beëindigen, dan had ik je uitgelachen. Ondenkbaar. Ik geef gewoon niet op. Maar toen ik aan het re-integreren was een telefoongesprek had, of ik eventueel weer meer uren wilde maken, riep alles in mij: nee, nee, nee. Gelukkig luisterde mijn moeder mee, die zei gelijk: bel school. Toen heb ik mijn slb'er gebeld, Eric, en die zei ook: jij gaat hier nu onmiddellijk mee stoppen. Pas toen drie mensen dat zeiden, kon ik die knoop doorhakken. En waar ik normaal 100 uur kan twijfelen of ik die ene groene blouse nou wel of niet moet kopen, was deze beslissing zo genomen. Het was zo duidelijk dat dit de beste keuze was.”

Trisanna

2021 is ook het jaar waarin ze haar eigen bedrijf startte als filmmaakster. Foto's: Trisanna Hofman/headerfoto: AletteHolmanFotografie

‘De vraag ‘wie zit er op deze onzin te wachten?’ speelt altijd door mijn hoofd, maar er is een stem die sterker is. Die mensen een kijkje in mijn hoofd wil geven, wil helpen door mijn verhaal en verwerking te delen, die taboes wil doorbreken.’

"Mijn moeder en mijn beste vriendinnetje hebben dit verhaal meegelezen. Mijn moeder zei nog: je komt zo hard over in dit verhaal. Maar ik wilde eerlijk zijn: dit is letterlijk mijn hoofd op papier.  Het moest geen algemeen boek worden over een ongeluk, die zijn er genoeg. En je zult misschien denken; er zit helemaal geen taboe op, maar ik merk dat er genoeg mensen zijn die niet verder durven vragen, als ik gevraagd hoe het gaat, weer eens antwoord met ‘het gaat zijn gangetje’.

Ik heb best veel reacties gehad van mensen die zeggen: ‘als we je zien is er niks aan de hand’. Maar uiterlijk zegt niet altijd wat over hoe het er van binnen aan toegaat. Ik hoop dat dit verhaal mensen aan het denken zet.

Ik heb het van het begin opgeschreven, hoewel ik eigenlijk een filmmaker ben. Het schrijven was een uitlaatklep. Vaak moest ik mijn tranen wegvegen om te zien wat ik aan het tikken was. Dat het boek nu uit is, vind ik echt retespannend. Ik wilde met dit boek laten zien hoe het echt met me gaat, zonder masker. Net zo goed om anderen te helpen. Al zou ik met dit eerlijke verhaal maar één iemand mee helpen, dan zou het genoeg zijn.”

Bas3

Bas Klaassen