futselaar

Column: Krankzinnigheid

Volgens Albert Einstein was het de definitie van krankzinnigheid om steeds dezelfde handeling te doen, maar wel elke keer een andere uitslag te verwachten. Als we van deze definitie uitgaan, kunnen we constateren dat het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap volkomen krankzinnig is.

Dat zit zo. Het ministerie gebruikt al zeker sinds 1995 een model om de studentenaantallen in de toekomst te voorspellen. Dat is nodig voor de bekostiging van het onderwijs: de Rijksoverheid moet weten hoeveel geld er opzij moet worden gezet voor hogescholen en universiteiten, en die onderwijsinstellingen hebben zelf ook duidelijkheid nodig over hun inkomsten voor de komende jaren. Ze moeten immers weten of ze bijvoorbeeld meer moeten investeren in docenten of gebouwen.

Hoe voorspel je studentenaantallen in de toekomst? Dat is niet eens zo ingewikkeld. Je weet immers hoeveel kinderen er elk jaar worden geboren, hoeveel er naar welk schooltype gaan, hoeveel er overlijden of naar het buitenland gaan, etc. Alleen de instroom van buitenlandse studenten is lastiger in een model te vatten, omdat de redenen waarom studenten naar Nederland komen niet goed te voorspellen zijn. Als bijvoorbeeld Duitsland morgen net zulk hoog collegegeld zou heffen als Nederland, zou dat vrijwel zeker leiden tot een hogere instroom van Duitse studenten bij ons. Maar de overige ontwikkelingen zijn best te voorspellen.

Zo kwam het ministerie dus met een model. Een model dat in alle opzichten voldeed, op één na. De voorspellingen van het model kwamen nooit uit. Dat is op zich ook niet zo gek, want modellen zijn altijd maar een benadering van de werkelijkheid. Maar het probleem van dit model was dat het structureel de studentenaantallen te laag inschatte. Elk jaar weer. En als een model elk jaar dezelfde voorspellingsfout maakt, dan zou je verwachten dat -Einstein in gedachten houdend- het verstandig is het model aan te passen. Zo niet ons ministerie. Dat schreef vijfentwintig jaar lang bijna elk jaar excuusbrieven naar de Tweede Kamer dat het aantal studenten helaas weer hoger was uitgevallen dat geschat, en dat dat budgettaire consequenties zou hebben.

Financiële tegenvaller

Meer studenten dan verwacht geldt in Den Haag namelijk niet als goed nieuws, maar als een financiële tegenvaller, en volgens de Zalmnorm moeten tegenvallers bij ministeries binnen hun eigen budget worden opgelost (Voor de jongeren: De Zalmnorm komt van Gerrit Zalm die de afgelopen jaren het meest bekend was als bankier bij DSB (failliet) en ABN-AMRO (verdachte in een witwaszaak), maar een groot deel van de jaren negentig en nul een gevierd minister van Financiën was, bekend om zijn strenge begrotingsregels). Dat betekende dus dat er vrijwel elk jaar een extra bezuiniging ergens op het onderwijs neerviel, om te compenseren voor die groter dan verwachtte studenten -en scholierenaantallen.

Soms kwam er dan na protest alsnog wat geld bij uit de grote pot, maar vaak belandde de rekening in de vorm van een ‘doelmatigheidskorting’ bij de onderwijsinstellingen. Toch stelden de ministers van onderwijs in 2018 nog dat het model eigenlijk niet te verbeteren was.

Onlangs is, na twee-en-een half decennium, de fout in het model eindelijk ontdekt. Er zaten dubbelingen in de cijfers voor emigratie en sterfte. Na herziening blijken er plotseling in 2026 7.6% meer studenten verwacht in het HBO dan voorheen. Dat scheelt honderden miljoenen in bekostigingsgeld. Een foutje kan gebeuren natuurlijk. Maar zo lang werken met een model dat structureel verkeerde uitslagen oplevert, die leiden tot zoveel bezuinigingsellende, dat is met recht krankzinnig te noemen.

Frank Futselaar is docent Creative Business en voormalig Tweede Kamerlid. Trouw schreef ooit over hem dat hij opvallend veel humor heeft voor een SP’er. Lees hier het kennismakingsinterview met hem op SaxNow.

CELZ210622-9126.jpg

Frank Futselaar

Frank Futselaar is docent Creative Business en voormalig Tweede Kamerlid. Trouw schreef ooit over hem dat hij opvallend veel humor heeft voor een SP’er.